Please use this identifier to cite or link to this item: http://hdl.handle.net/1942/1036
Title: Mogelijke wiskundige hulpmiddelen bij de kredietwaardigheidsanalyse van wentelkredietkaarten
Authors: CELIS, David
Issue Date: 2006
Abstract: Zoals uit de dalende Belgische spaarquote van de afgelopen jaren blijkt, consumeren de Belgen een alsmaar groter percentage van hun beschikbaar inkomen. Met een aandeel van meer dan vijftig procent in het bruto binnenlands product, vormt de private consumptie bovendien de motor van de Belgische economie. Niettegenstaande de dalende trend, blijft de Belgische spaarquote hoog. Voor 2005 lag ze, uitgaande van de cijfers van het Franstalig Instituut voor Duurzame Ontwikkeling en de Nationale Bank van België, boven het Europese gemiddelde (10,5 %) en ruim boven de spaarquote van Amerika (- 0,4 %). Om het consumptieniveau in de toekomst verder te laten toenemen, spelen kredieten een onmiskenbare rol. In 2005 zijn er in België 1,6 miljoen nieuwe kredietovereenkomsten geregistreerd in de Centrale van Kredieten aan Particulieren, een stijging van 21,2 % ten opzichte van 2004. Deze stijging is vooral te danken aan de grote toename van het aantal kredietopeningen. Sinds 2005 hebben immers steeds meer mensen interesse voor de wentelkredietkaart of kredietkaart met een kredietopening. Het is een erg flexibele vorm van krediet. De kaarthouder kan gebruik maken van het krediet wanneer hij het nodig heeft en is niet verplicht om de kredietlijn volledig op te gebruiken. Wanneer de kaarthouder niets opneemt, kost het krediet niets. Bovendien mag de terugbetaling van het opgenomen krediet ineens of gespreid gebeuren. Alle kaartverleners leggen wel een minimumbedrag op dat maandelijks door de kaarthouders moet terugbetaald worden. Zoals de naam van de kaart al laat vermoeden, kan de kaarthouder de kredietlijn onmiddellijk opnieuw aanvullen met het terugbetaalde gedeelte van het krediet. Op deze manier beschikt de kredietnemer steeds over een permanente geldreserve ter financiering van onverwachte kleine uitgaven of een tijdelijk geldgebrek. Deze kaarten zijn vanuit de Angelsaksische landen naar België overgewaaid. De grote winkelketens waren de eersten die deze kaarten enkele jaren geleden op de Belgische markt introduceerden. In navolging hiervan hebben de banken deze kaarten ingevoerd. In de eerste jaren na de lancering hadden deze kaarten weinig succes op de Belgische markt. Vandaag de dag echter beschikken steeds meer Belgen over deze kaart en hebben of plannen alle grootbanken en enkele kleine banken er tenminste één. Mede door dit succes, hebben deze kaarten veel wanbetalers. Met 208.082 slechte contracten in de negatieve centrale van de Nationale Bank van België eind 2005 is deze kaart de koploper van het consumentenkrediet en hypothecair krediet. Ze is bovendien de enige kredietvorm met een stijgend aantal wanbetalers. Niettegenstaande de meeste wanbetalers bij de winkels liggen, zijn er financiële instellingen die deze kaarten nog te vaak als betaalmiddel in plaats van als krediet beschouwen. Aangezien het Jaarlijkse Kostenpercentage dicht tegen het maximum toegelaten (tot 19 %) ligt, durven deze instellingen meer risico nemen ten koste van een rationele en betrouwbare krediettoekenning. Bovendien zullen alle banken in de toekomst nog meer van deze kaarten op de markt brengen. Om een evenwicht te vinden tussen het stimuleren van de consumptie en het inperken van de probleemgevallen, is er bijgevolg nood aan flexibele, betrouwbare, ondersteunende systemen bij de kredietwaardigheidsanalyse van de kaartaanvragers. Omdat het bij deze kaarten om relatief lage bedragen gaat in vergelijking met bedrijfskredieten en hypothecaire kredieten, moeten de kosten en tijd van de kredietwaardigheidsbeoordeling van de kaartaanvragers en kaarthouders ingeperkt worden. De vaste kosten voor het toestaan en beheer wegen immers zwaarder door bij kleine kredieten. Kredietverlening moet voor de bank een winstgevende activiteit blijven. In deze eindverhandeling bestuderen we daartoe de relevantie en behoefte van wiskundige hulpmiddelen bij de kredietgevers van wentelkredietkaarten uitgegeven door banken. Vooreerst bekijken we de invloed van het Bazel II-akkoord, waarvan de implementatie voorzien is op 1 januari 2007, op de kredietverlening van wentelkredietkaarten. Onder de IRB-benadering van het nieuwe akkoord mogen banken met een geavanceerd risicomanagement hun eigen interne systemen gebruiken om het kredietrisico te meten. Op basis van hun input (kans op faling, verlies gegeven faling, kredietbedrag bij faling) wordt via wiskundige formules bepaald hoeveel kapitaal moet aangehouden worden. Bijgevolg hebben banken die in staat zijn om de IRBbenadering toe te passen een motief om zo geavanceerd mogelijke systemen uit te bouwen ter beoordeling van de aanvragers van wentelkredietkaarten zodat de kans op faling verminderd wordt. Door het verlaagd risico mogen ze vervolgens minder kapitaal aanhouden. Het aanhouden van kapitaal is een dure aangelegenheid en zorgt voor minder rendement op het eigen vermogen. We zijn vervolgens gaan kijken bij enkele kredietgevers van wentelkredietkaarten hoe hun kredietverleningsproces verloopt. In het onderzoek hebben we de grootbank ‘Dexia’, de kredietgever ‘KBC Pinto Systems’ en de financieringsmaatschappij ‘Alpha Credit’ geïnterviewd. Ondanks het feit dat ze weinig over hun credit scoring systemen hebben prijsgegeven, bestond het algemeen proces uit een automatische scoring waarbij een beperkt aantal twijfelgevallen manueel werden behandeld. Bij deze manuele behandeling moeten de kosten en tijd nadrukkelijk in het oog gehouden worden. Tenslotte trachten we de voordelen van de subjectieve traditionele benadering en de huidige credit scoring systemen (discriminantanalyse, boomstructuur, meerdimensionale regressie,etc.) te koppelen in een alternatieve beoordelingsmethode ‘de discriminantanalyse met kansen’, die tot op heden (nog) niet in de praktijk werd toegepast. Na een uiteenzetting van de wiskundige theorie en wiskundige uitwerking, illustreren we de opbouw en werking van de nieuwe methode op een fictieve dataset met Pinto Visa kaarthouders via SPSS 11.5. We geven eveneens het nut van de methode en doen een voorstel voor een automatisering op internet. Tenslotte hebben we de methode voorgesteld aan ‘Dexia’ en ‘Alpha Credit’ zodat we de kritieken of verdiensten van de kredietgevers van wentelkredietkaarten over deze methode kennen. De discriminantanalyse met kansen geeft ondersteuning aan de beslissingen van de gewone discriminantanalyse en raadgevingen aan de klant. Wanneer de discriminantanalyse een kaartaanvrager classificeert in de klasse van de goede leningen, de grijze zone of de klasse van de slechte leningen, kan deze methode de classificatie verduidelijken. De gewone discriminantanalyse heeft enkel tot doel het aantal misclassificaties te minimaliseren. De methode met kansen daarentegen, maakt een onderscheid tussen de kaartaanvragers precies op basis van hun kansen op verschillende a posteriori kenmerken. Op die manier blijft het systeem niet langer een black box maar krijgen zowel de kredietbeoordelaar als de kaartaanvrager een duidelijker inzicht in de situatie van laatstgenoemde. Een bijkomende bedoeling is dat de nieuwe methode online beschikbaar wordt gesteld voor de kaartaanvragers. De kaartaanvragers geven hun a priori gegevens in waardoor er een hele resem kansen op het scherm verschijnen. Op die manier hoeven de klanten die een wentelkredietkaart willen bemachtigen zich niet te verplaatsen naar hun kredietverlener, maar kunnen ze zelf nagaan of ze al dan niet in aanmerking komen voor deze kaart. Dergelijke automatisering is vooral belangrijk voor de wentelkredietkaarten aangezien de kleine bedragen en de hoge personeelskosten. Volgens de heren Michel Vandessel en Erik Verstraeten van ‘Dexia Bank’ hebben de klanten geen boodschap aan kansen die op hen betrekking hebben. Bovendien is de gemiddelde cliënt onvoldoende onderlegd om de a posteriori kansen te interpreteren. De banken gaan deze methode ook niet op een begrijpbare manier kunnen uitleggen aan hun cliënten. Ook de heer Ludo Verbelen van ‘Alpha Credit’ vindt dat de klanten geen behoefte hebben om informatie in de vorm van kansen van de kredietgevers te ontvangen. Bovendien zal de methode nooit op internet of een andere publiek toegankelijke plaats kunnen gezet worden aangezien op die manier de opgebouwde knowhow wordt vrijgegeven aan de concurrenten. Of deze methode daadwerkelijk geen meerwaarde biedt of de banken afkerig staan tegenover vernieuwingen zal verder onderzoek moeten uitwijzen.
Document URI: http://hdl.handle.net/1942/1036
Category: T2
Type: Theses and Dissertations
Appears in Collections:Master theses

Files in This Item:
File Description SizeFormat 
celis_david.pdf3.17 MBAdobe PDFView/Open
Show full item record

Page view(s)

30
checked on Nov 7, 2023

Download(s)

28
checked on Nov 7, 2023

Google ScholarTM

Check


Items in DSpace are protected by copyright, with all rights reserved, unless otherwise indicated.