Actuele grenzen van de strafbaarstelling inzake aanranding van de eerbaarheid en verkrachting

Abstract

Aanranding van de eerbaarheid en verkrachting zijn misdrijven die nu al bijna 150 jaar in het Strafwetboek zijn opgenomen. De gedragsregels en zeden zijn geëvolueerd maar de wettekst is nagenoeg onveranderd gebleven. Hierbij kan men zich de vraag stellen of de reeds bestaande strafbaarstellingen van aanranding van de eerbaarheid en verkrachting voldoende bescherming bieden voor de hedendaagse problemen. Twee feitelijke omstandigheden komen aan bod die de mogelijke inhoudelijk grenzen van de huidige strafbaarstelling van aanranding en verkrachting aangeven; het passief voyeurisme en de aanranding en verkrachting via moderne communicatiemiddelen.

Het passief voyeurisme is de situatie waarbij een persoon andermans gehele of gedeeltelijke naaktheid heimelijk begluurt. Aanranding van de eerbaarheid en verkrachting via moderne communicatiemiddelen is dan weer de situatie waarbij een dader een slachtoffer ertoe brengt zich voor de webcam of op foto te ontbloten en/of seksuele handelingen te stellen. Over beide fenomenen heerst er in rechtsleer en rechtspraak onenigheid.