Onopzettelijke doding en onpzettelijke slagen en verwondingen bij een verkeersongeval. Noodzaak aan afzonderlijke strafbaarstelling en aan verfijning?

Abstract

België bevond zich in een ongunstige situatie inzake verkeersveiligheid. Bijgevolg werden de verkeersmisdrijven strenger aangepakt door de wetgever. De strengere aanpak realiseert een afzonderlijke strafbaarstelling en een verhoging in strafmaat. Onachtzaamheid in het verkeer wordt sindsdien als een verzwarende omstandigheid beschouwd. De wetswijzigingen gaven aanleiding tot tal van controverse. Die controverse uitte zich voornamelijk bij de vraag of een afzonderlijke strafbaarstelling en een verschil in strafmaat mogelijk is op grond van het gelijkheidsbeginsel. Het is namelijk zo dat de basis constitutieve bestanddelen en de gevolgen bij beide misdrijven dezelfde zijn. In deze bijdrage wordt er een antwoord geboden op de vraag “hebben de misdrijven van onopzettelijke doding en onopzettelijke slagen en verwondingen bij een verkeersongeval nood aan afzonderlijke strafbaarstelling en aan verfijning?”. Het onderzoek gaf aanleiding tot de ontwikkeling van twee wetsvoorstellen.