Welbevinden en interieurarchitectuur in het internaat

Abstract

‘Hoe kan het interieur van een internaat het geluk en welbevinden van de kinderen/jongeren en de opvoeders die er verblijven bevorderen?’ Om een antwoord te bieden op de onderzoeksvraag deed ik eerst een literatuurstudie naar de geschiedenis en functie van internaten en de ontwikkeling van de doelgroep hiervan. Het geluk en welbevinden wordt beïnvloed door zowel objectieve als subjectieve factoren. De objectieve factoren zorgen voor optimale levensomstandigheden. Deze objectieve factoren, ‘omgevingsfactoren die invloed hebben op het welbevinden’, worden ook in de literatuurstudie geanalyseerd. De subjectieve factoren houden de ervaring van de persoon in. Om een optimale leefomgeving te creëren is het niet voldoende om enkel rekening te houden met de omgevingsfactoren. Indien alle omgevingsfactoren optimaal zijn, kan een persoon dit nog op een negatieve manier ervaren, daarom heb ik de twaalf strategieën van de professor Sonja Lyubomirsky opgenomen in de literatuurstudie. Om al deze factoren optimaal te kunnen integreren in mijn ontwerp voor het internaat Caritat, ben ik de omgevingsfactoren en de ervaringen, aan de hand van observatie en gesprekken met de beheerder en de kinderen in het internaat, gaan analyseren. Op basis van deze analyses kon ik bepaalde positieve en negatieve omgevingselementen en ervaringen afleiden. Alle verworven informatie zal uiteindelijk toegepast worden in mijn masterproject voor het internaat Caritat in Lanaken.