De meewerkende echtgenoot in het huwelijksvermogensrecht

Abstract

Deze masterthesis behandelt de vergoeding van een meewerkende echtgenoot in het stelsel van zuivere scheiding van goederen die arbeidsprestaties levert in de handelszaak van de echtgenoot-eigenaar. Bij echtscheiding levert dit onbillijke gevolgen op, omdat men kosteloos arbeid verrichte en dus geen vermogen opbouwde. Vandaag de dag bestaat er geen wettelijke grondslag voor deze vergoeding. Er zijn wel een aantal correctiemechanismen voorhanden die ervoor kunnen zorgen dat de echtgenoot kan rekenen op een vergoeding. Deze mechanismen worden uitgebreid toegelicht. Daarnaast wordt er vergeleken met het Nederlandse recht en de aanbevelingen die daar tot stand zijn gekomen. De thesis tracht enerzijds te onderzoeken of de huidige bescherming voldoende is en anderzijds of een wettelijke grondslag wenselijk is voor de vergoeding van de meewerkende echtgenoot. Tot slot worden een aantal aanbevelingen voor de versterking van de positie van de meewerkende echtgenoot op de kaart gezet.