Please use this identifier to cite or link to this item:
http://hdl.handle.net/1942/46731
Title: | Onrechtmatig verkregen bewijs in het oude Wetboek van Strafvordering en het nieuwe voorstel van Wetboek van Strafprocesrecht: een rechtsvergelijkende analyse van het normatieve integriteitsprincipe | Authors: | Francen, Ine | Advisors: | INCALZA, Thomas | Issue Date: | 2025 | Publisher: | tUL | Abstract: | Deze masterscriptie onderzoekt hoe onrechtmatig verkregen bewijs wordt behandeld binnen het Belgische strafprocesrecht, zowel onder het huidige Wetboek van Strafvordering als in het Wetsvoorstel van 11 mei 2020. Centraal staat een analyse van het integriteitsprincipe als normatieve grondslag voor bewijsuitsluiting. Sinds het Antigoonarrest wordt bewijs slechts uitgesloten in drie uitzonderlijke gevallen, wat in 2013 werd gecodificeerd. Het nieuwe Wetsvoorstel introduceert drie gradaties van uitsluiting en verwijst expliciet naar gerechtelijke integriteit, al blijft de concrete invulling vaag. Via een rechtsvergelijkende benadering met Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk worden het belangenschadecriterium en het fair trial-principe onderzocht. De scriptie concludeert dat de Belgische aanpak baat heeft bij een sterker onderbouwd normatief kader en pleit voor verfijning van de uitsluitingsregels, met meer aandacht voor rechtszekerheid, proportionaliteit en fundamentele rechten. | Notes: | master in de rechten-rechten | Document URI: | http://hdl.handle.net/1942/46731 | Category: | T2 | Type: | Theses and Dissertations |
Appears in Collections: | Master theses |
Files in This Item:
File | Description | Size | Format | |
---|---|---|---|---|
f1e205be-bae4-4b79-9e69-d7999adcbd96.pdf | 1.53 MB | Adobe PDF | View/Open |
Google ScholarTM
Check
Items in DSpace are protected by copyright, with all rights reserved, unless otherwise indicated.