De notaris als spiegel voor de testator bij opmaak van zijn woord dat klinkt na zijn dood! Hoe kunnen het rechtszekerheidsbeginsel en het zelfbeschikkingsbeginsel worden gewaarborgd bij het eigenhandig testament?

Abstract

Om af te wijken van de wettelijke erfopvolging kan in België een testament worden opgemaakt om over de goederen “om niet” te beschikken voor na de dood. Indien het eigenhandig testament als testeervorm wordt gekozen, moet het geschrift volledig door de testator zelf worden handgeschreven, gedagtekend en gehandtekend. Deze drie vormvereisten worden voorgeschreven op straffe van nietigheid. Deze thesis onderzoekt of het zelfbeschikkingsbeginsel en het rechtszekerheidsbeginsel bij deze testeervorm worden gewaarborgd. Naast een analyse van het Belgische recht wordt een rechtsvergelijkend onderzoek gevoerd met Nederland, Schotland en Frankrijk. Deze rechtsvergelijking dient als inspiratiebron met als doel aanbevelingen te formuleren om het zelfbeschikkingsbeginsel en het rechtszekerheidsbeginsel bij het eigenhandig testament in België te waarborgen. Zo wordt het opstellen van rechtsgeldige testamenten bevorderd waardoor de uiterste wil van de testator wordt gerespecteerd en uitgevoerd.