Onderzoek naar het ontstaan en reduceren van luchtinsluitingen tijdens het extrusieproces

Abstract

E-MAX PROFILES in Dilsen-Stokkem stelt vast dat er zich geregeld luchtinsluitingen voordoen bij het extruderen van aluminium profielen. Luchtinsluitingen kunnen zich tot blaren vormen op het oppervlak van het profiel. Blaren dienen vermeden te worden omwille van esthetische en mechanische redenen. Het doel van deze masterproef is, ten eerste, de oorzaken van deze luchtinsluitingen identificeren en, ten tweede, potentiële oplossingen uitwerken zodat het schroot door blaren daalt met minstens 50%.

Zoals beschreven in de literatuur blijkt uit de observatie en analyse van meer dan 50 verschillende profielsoorten, geproduceerd op beide persinstallaties, dat de blaren onregelmatig voorkomen. De mogelijke oorzaken zijn te vinden in een te dunne persrest, het ontluchten, de billethuid, de toegepaste procesparameters' .

Aangezien blaarvorming duidelijk meerdere oorzaken heeft, kan er enkel vooruitgang geboekt worden door verschillende oorzaken tegelijk aan te pakken: de uitlijning van de installatie, insleep van de billethuid, persen van dubbele blokken ' . Na analyse van enkele potentiële oplossingen blijkt dat het wel of niet persen van een dubbele blok het meeste potentieel heeft. Doorslaggevende parameters hierbij zijn het profielgewicht en de profiellengte. De voorgestelde oplossing zorgt voor een daling van het schroot door blaren van maximum 48%.