Please use this identifier to cite or link to this item:
http://hdl.handle.net/1942/32420
Title: | Walking fatigability in persons with Multiple Sclerosis | Authors: | VAN GEEL, Fanny | Advisors: | Feys, Peter Meesen, Raf Dalgas, Ulrik |
Issue Date: | 2020 | Abstract: | Multiple Sclerosis (MS) is a chronic auto-immune inflammatory progressive
disease, causing neurodegeneration of the central nervous system. Consequently,
it can affect many different systems of the human body, manifesting in different
symptoms and deficits. Fatigue is one of the first symptoms present, and reported
up to 80% in persons with MS (pwMS). Next, walking is reported as one of the
most important bodily functions according to pwMS. Both symptoms can seriously
impact quality of life, and can occur together, which is known as walking
fatigability. The overall aim of this PhD project was to elaborate the clinical
assessment methods for assessing walking fatigability and gain insight into the
possible related factors, to explore rehabilitation strategies.
Chapter 1 shows that walking fatigability is measured via different methods in
different populations, where a decline from the first to the last part of a walking
task, was mostly reported. The six-minute walking test (6MWT) was mostly used
in amongst different populations. Chapter 2 shows that walking fatigability could
be reliably measured by calculating the percentage decline in distance between
the first and the last minute of the 6MWT, with the possibility to discriminate
between a walking fatigability group (WF) and non-walking fatigability group
(NWF).
The following exploratory study in chapter 3 indicates in general that walking
fatigability manifest itself in perceived symptoms (mostly motor), but
recuperation occurs within 10 minutes. Chapter 4 and 5 show that lower maximal
strength, muscle fatigability during dynamic contractions and interlimb
coordination deficits could contribute to walking fatigability. Chapter 6 shows that
cognitive fatigability and walking fatigability may be distinct symptoms as they do
not show any significant associations. However, cognitive alertness does show a
relation to walking. The main conclusion therefore is that we should investigate
and treat walking fatigability from a holistic point of view, taking related factors
and symptoms into account.
Chapter 7 and 8 explore pilot interventions, with walking fatigability as an
outcome measure. Both interventions seem to have an effect on different possible
related factors of walking fatigability, but due to a low sample size and not much
patients with walking fatigability, no clear conclusion towards treatment for
walking fatigability can be made based upon these results. Multiple Sclerose (MS) is een chronische auto-immuun inflammatoire progressieve ziekte die neurodegeneratie van het centrale zenuwstelsel veroorzaakt. Bijgevolg kan het veel verschillende systemen van het menselijk lichaam beïnvloeden en zich uiten in verschillende symptomen. Vermoeidheid is vaak een van de eerste symptomen en wordt tot 80% gerapporteerd bij personen met MS (pwMS). Vervolgens wordt wandelen gerapporteerd als een van de belangrijkste lichaamsfuncties. Beide symptomen kunnen de kwaliteit van leven ernstig beïnvloeden en kunnen ook samen voorkomen, wat bekend staat als wandelvermoeibaarheid. Het algemene doel van dit doctoraatsproject was het uitwerken van de klinische beoordelingsmethoden voor wandelvermoeibaarheid en inzicht verkrijgen in de mogelijke gerelateerde factoren, om revalidatiestrategieën voor te stellen. Hoofdstuk 1 laat zien dat wandelvermoeibaarheid wordt gemeten via verschillende methoden in verschillende populaties, waarbij een afname van het eerste ten opzichte van laatste deel van een wandeltaak meestal werd gerapporteerd. De zes minuten wandeltest (6MWT) werd hiervoor meestal aangehaald. Hoofdstuk 2 laat zien dat wandelvermoeibaarheid betrouwbaar kan worden gemeten door de percentuele afname in afstand tussen de eerste en de laatste minuut van de 6MWT te berekenen, met de mogelijkheid om onderscheid te maken tussen een groep met (WF) en zonder wandelvermoeibaarheid (NWF). De volgende verkennende studie in hoofdstuk 3 geeft in het algemeen aan dat vermoeidheid tijdens het wandelen zich manifesteert in andere gerapporteerde symptomen (meestal motorisch), maar dat algemeen herstel binnen 10 minuten optreedt. Hoofdstuk 4 en 5 laten zien dat een lagere maximale kracht, spiervermoeibaarheid tijdens dynamische contracties en verstoringen in coördinatie van de benen kunnen bijdragen aan wandelvermoeibaarheid. Hoofdstuk 6 laat zien dat cognitieve vermoeibaarheid en wandelvermoeibaarheid verschillende symptomen zijn, aangezien ze geen significante associaties tonen. Cognitieve alertheid vertoont echter wel een verband met wandelen. De belangrijkste conclusie is daarom dat we wandelvermoeibaarheid moeten onderzoeken en behandelen vanuit een holistisch standpunt, rekening houdend met gerelateerde factoren en symptomen. Hoofdstuk 7 en 8 stellen pilootinterventies voor, met wandelvermoeibaarheid als uitkomstmaat. Beide interventies lijken een effect te hebben op verschillende mogelijks gerelateerde factoren van wandelvermoeibaarheid, maar vanwege een lage steekproefomvang en weinig patiënten met wandelvermoeibaarheid, kan op basis van deze resultaten geen duidelijke conclusie worden getrokken over de behandeling van wandelvermoeibaarheid. |
Document URI: | http://hdl.handle.net/1942/32420 | Category: | T1 | Type: | Theses and Dissertations |
Appears in Collections: | Research publications |
Files in This Item:
File | Description | Size | Format | |
---|---|---|---|---|
Fanny Van Geel-Final PhD book-octobre 2020.pdf Until 2025-10-06 | 4.14 MB | Adobe PDF | View/Open Request a copy |
Items in DSpace are protected by copyright, with all rights reserved, unless otherwise indicated.