Please use this identifier to cite or link to this item: http://hdl.handle.net/1942/32632
Title: Een mobiele baksteen in de maag
Authors: DEVISCH, Oswald 
Issue Date: 2020
Publisher: provincie Limburg.be
Abstract: De provincie Limburg gebruikt cookies om jouw surfervaring op deze website gemakkelijker te maken. Meer weten ... (http://www.limburg.be/Limburg/Start/Meta/footer-folder/Cookiebeheer.html) Een mobiele baksteen in de maag Datum: 2020-05-02 Door: Oswald Devisch De Vlaamse Regering wil "meer doen met minder ruimte" (Strategische Visie Ruimtelijk Beleidsplan Vlaanderen, p.33.) en houdt daarom een pleidooi voor "tijdelijk en omkeerbaar ruimtegebruik" (Strategische Visie Ruimtelijk Beleidsplan Vlaanderen, p.35.). Mobiele woonunits passen binnen deze ambitie. Tegelijkertijd bestaat bij heel wat ruimtelijke planners en beleidsmakers de vrees dat deze mobiele woonunits wel eens een permanent karakter kunnen krijgen en daardoor net minder zullen doen met meer ruimte. In dit artikel tonen we aan hoe mensen vandaag al op heel wat plaatsen mobiel wonen en wat we hieruit kunnen leren. 1 Mobiele woonunits en de bouwshift Vlaanderen heeft een ruimtebeslag van 33 procent en een verhardingsgraad van 14 procent. Enkel Malta doet het nog slechter. Het ruimtebeslag van Nederland bedraagt slechts de helft van Vlaanderen (Cijfers uit het Betonrapport van de Vlaamse gemeenten en provincies opgemaakt door Natuurpunt in 2018.). Als we niets doen, zal dit verschil enkel nog toenemen omdat heel wat van onze beschikbare bouwgronden op slecht gelegen en slecht bereikbare plaatsen liggen en dus om veel verharding vragen. Stilaan worden de enorme maatschappelijke kosten van dit kwistig ruimtegebruik duidelijk. Zo blijkt dat de aanleg en het onderhoud van wegen, nutsvoorzieningen (water, gas, elektriciteit, riolering) en verlichting in een gebied met verspreide bebouwing 7 keer meer kosten dan in een meer compacte kern. Mobiliteit in een gebied met verspreide bebouwing kost 2 keer meer dan in een kern (Cijfers uit Vermeiren et al., (2019), Monetariseren van urban sprawl in Vlaanderen, uitgevoerd in opdracht van Departement Omgeving.). De Vlaamse overheid trekt aan de alarmbel en gaat volop voor een bouwshift. We moeten af van onze reflex om altijd maar meer open ruimte aan te snijden en leren om in te zetten op het transformeren van de ruimte die we al ingenomen hebben. In hun beleidsplan schuiven ze een reeks ruimtelijke ontwikkelingsprincipes naar voor. Eén principe is "meer doen met minder ruimte" (Cijfers uit Vermeiren et al., (2019), Monetariseren van urban sprawl in Vlaanderen, uitgevoerd in opdracht van Departement Omgeving.). We moeten activiteiten "verweven", ruimtegebruik "intensiveren", onderbenutte ruimte "hergebruiken" en inzetten op "tijdelijk ruimtegebruik". Dit laatste definiëren ze als volgt: "Tijdelijk ruimtegebruik is het toelaten van activiteiten in een ruimte die is bedoeld voor andere doeleinden op een ander of later moment. De voorlopige activiteit mag een toekomstig ander gebruik niet hypothekeren en is dus omkeerbaar. Het is nodig om te anticiperen op toekomstig ander gebruik bij nieuwbouw en constructies aanpasbaar of verplaatsbaar te ontwerpen zodat het gebruik ervan in de tijd kan veranderen." (Cijfers uit Vermeiren et al., (2019), Monetariseren van urban sprawl in Vlaanderen, uitgevoerd in opdracht van Departement Omgeving.) Ook de provincie Limburg trekt aan de alarmbel. Het Federaal Planbureau gaat namelijk uit van een vertraging van de bevolkingsgroei voor de provincie. De ontgroening zet zich door, de vergrijzing neemt toe, er zijn minder kinderen per gezin en meer alleenstaande ouders. Op basis van deze prognoses voorspelt de provincie dat er een (tijdelijke) mismatch zal ontstaan tussen vraag en aanbod op de woningmarkt (Conceptnota Beleidsplan Ruimte Limburg, Ruimtelijke strategie 2). De verwachting dat het bestaande woonpatrimonium niet aangepast is aan de veranderende woonbehoeften versterkt deze mismatch. Een tweede voorspelling is dat de (vertraagde) groei niet evenwichtig verdeeld is over de regio. In centraal gelegen gemeenten zal de bevolking groeien en in kleinere landelijke gemeenten zal de bevolking krimpen. Op basis van beide voorspellingen stelt ook de provincie Limburg een bouwshift voor: "Vooraleer over te gaan tot nieuwbouw of het innemen van vrije ruimte moeten we het potentieel van het bestaande bebouwingsbestand en ruimtebeslag onderzoeken voor eventueel hergebruik, renovatie, splitsen, samenvoegen, intensiveren, tijdelijk of gedeeld gebruik." (Conceptnota Beleidsplan Ruimte Limburg, Ruimtelijke strategie 2) Zowel Vlaanderen als de provincie zien tijdelijk ruimtegebruik als één van de mogelijke antwoorden op de hoge maatschappelijke kosten van ons huidig verspreid woonmodel en op de verwachtte demografische trends. Laat die mobiele woonunits dus maar komen. 2 Naar een wildgroei van mobiele woonunits
Document URI: http://hdl.handle.net/1942/32632
Link to publication/dataset: http://www.limburg.be/Limburg/mobielewoonunits/Pagina-s-mobiele-woonunits/Een-mobiele-baksteen-in-de-maag.html
Category: O
Type: Other
Appears in Collections:Research publications

Files in This Item:
File Description SizeFormat 
Een-mobiele-baksteen-in-de-maag.pdfPublished version100.45 kBAdobe PDFView/Open
Show full item record

Page view(s)

34
checked on Sep 6, 2022

Google ScholarTM

Check


Items in DSpace are protected by copyright, with all rights reserved, unless otherwise indicated.