Killing Season: weigering homologatie reorganisatieplan

Abstract

LARCIER 1309-tot slot wijzen zij er op dat de voorgehouden terbeschikkingstelling door de heer B. aan C. van 100.000 EUR ter dekking van de lopende kosten niet onvoorwaarde-lijk is. Als voorwaarde is er aan verbonden dat de gelden enkel ter beschikking van C. komen mits homologatie van het reorganisatieplan, daarenboven dient de heer B. voor elke betaling zijn goedkeuring te geven. 5.2. Nu duidelijk is dat C. & Co. noch beschikken over middelen om de lopende kosten te dragen, noch er enige (inkomen generende) activiteit is (zelfs afgezien van het cyclische karakter eigen aan haar sector), noch er op korte termijn financiering beschikbaar schijnt te zijn, nog afgezien van de vraag of er ernstige-zelfs minimale-vooruitzichten zijn op remediëring van haar economische problemen, ziet de rechtbank geen redenen om aan C. & Co. toe te staan een aangepast reorga-nisatieplan aan haar schuldeisers voor te leggen. BESLISSING. Om alle redenen die hierboven werden weergegeven, Met naleving van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken, Rechtdoende op tegenspraak, Na erover te hebben beraadslaagd, komt de rechtbank tot volgende beslissing: Weigert bijgevolg de homologatie van het reorganisatieplan van de NV C. met zetel gevestigd te (…) en sluit de reorganisatieprocedure af. Beveelt de publicatie van dit vonnis binnen de 5 dagen in het Belgisch Staatsblad uitgegeven te Brussel. (…) Waar aanwezig waren: T. Cole, rechter, voorzitter; G. Dierckx, rechter in handelsza-ken; P. Geerts, plv. rechter in handelszaken. Noot Killing Season: weigering homologatie reorganisatieplan I. Inleiding 1. In het geannoteerde vonnis diende de rechtbank van koophandel te Antwerpen zich uit te spreken over de homologatie van het reorganisatieplan van een filmpro-ductiemaatschappij, Corsan NV. Dat plan werd reeds goedgekeurd door een dubbele schuldeisersmeerderheid zoals vereist door artikel 54 wet betreffende de continuïteit van de ondernemingen (hierna: WCO) 29. De rechtbank kan de homologatie van dat plan enkel weigeren in geval van (i) schending van de openbare orde of (ii) wegens niet-naleving van de pleegvormen die door de WCO worden opgelegd. De rechtbank 29. Wet van 31 januari 2009 betreffende de continuïteit van de ondernemingen (BS 9 februari 2009, p. 8.436) (hierna: WCO). this jurisquare copy is licenced to KU Leuven-Faculteit Rechten-Bibliotheek