Please use this identifier to cite or link to this item:
http://hdl.handle.net/1942/43137
Title: | Verlaging van de bewijsstandaard (art. 8.6 BW): slechts een redmiddel, niet de norm | Authors: | SCHOUTEDEN, Michelle | Issue Date: | 2024 | Publisher: | Wolters Kluwer | Source: | Revue générale de droit civil belge = Tijdschrift voor Belgisch burgerlijk recht, 2024 (3) , p. 127 -136 | Abstract: | Gelijk hebben resulteert niet altijd in gelijk krijgen. Bewijsmoeilijkheden zijn een vaak voorkomende oorzaak van dit probleem. Nochtans bevat het huidig burgerlijk bewijsrecht sinds de inwerkingtreding van Boek 8 BW verschillende tools om bewijsmoeilijkheden te verhelpen. De verlaging van de bewijsstandaard (art. 8.6 BW) is er daar een van. Het arrest van het hof van beroep van Antwerpen van 12 december 2022 is een uitstekende illustratie in die zin. De zaak ten gronde betreft een geschil over de rechtsgeldige totstandkoming van een contract. In deze verbintenisrechtelijke discussie gaat een interessant, bewijsrechtelijk knelpunt schuil. De procesrechtelijke hamvraag is immers of de contracterende mede-eigenaar slaagt in de op haar rustende bewijslast dat zij op het moment van de contractsluiting niet in staat was om een volwaardige wil (met kennis van zaken) te uiten. Het hof komt tot een bevestigend antwoord, door gebruik te maken van de uitzondering in artikel 8.6 BW. | Document URI: | http://hdl.handle.net/1942/43137 | ISSN: | 0775-2814 | Category: | A1 | Type: | Journal Contribution |
Appears in Collections: | Research publications |
Files in This Item:
File | Description | Size | Format | |
---|---|---|---|---|
Publicatie Michelle Schouteden TBBR 2024-3_Aangepast AV zonder bron en paginanr.pdf Restricted Access | Published version | 402.82 kB | Adobe PDF | View/Open Request a copy |
Google ScholarTM
Check
Items in DSpace are protected by copyright, with all rights reserved, unless otherwise indicated.