Please use this identifier to cite or link to this item: http://hdl.handle.net/1942/43515
Title: Over de rechtsplegingsvergoeding bij procedures gevoerd door de faillissementscurator
Authors: VAN DEN BERGH, Bart 
Issue Date: 2021
Source: Rechtskundig weekblad, 40 (2020-21) , p. 1584 -1587
Abstract: 1578 mandaat heeft gegeven aan D., die de eff ecten onder zich hield, om deze eff ecten bij wijze van gift ter beschikking te stellen van S., blijkt geenszins. Een animus donandi blijkt evenmin afdoende. Anders dan de eerste rechter kan het Hof de beweerde animus donandi bezwaarlijk afl eiden uit (1) de voorbehoud-loze overdracht; (2) het gebrek aan een overeenkomst/ geschrift ten tijde van de detentie; (3) de aff ectieve band tussen de partijen; (4) de link met de testamentaire be-gunstiging en (5) het gebeurlijke stilzitten van D. in de periode tussen het overlijden van zijn echtgenote en de vraag/vordering tot teruggave/revindicatie/terugbeta-ling. Noch deze noch andere elementen geven voldoende blijk van de door S. beweerde animus donandi. Allerhande speculaties van (S.) over voorwaarden/mo-daliteiten die D. aan de overdracht had kunnen koppelen (wat hij niet heeft gedaan), vormen de overdracht niet om tot een gift. Het door S. beklemtoonde voorbehoud-loze karakter van de overdracht, vermaakt de overdracht evenmin tot een gift. De door S. overgelegde getuigenverklaringen (van naas-ten) overtuigen niet (ongeacht de al dan niet-naleving van de vormvoorschrift en van art. 961/2 Ger.W.; Cass. 28 juni 2019, NjW 2019, 219, noot W. Vandenbussche, «Het bewijs van een onregelmatige schrift elijke getuigenverklaring»), terwijl verder getuigenbewijs inopportuun overkomt. 10. Voormelde redengeving brengt mee dat moet wor-den ingegaan op de vordering van D. tot terugbetaling van een bedrag van 100.000 euro, vermeerderd met de interesten, terwijl de subsidiair bedoelde aangepaste/uit-breidende vordering haar voorwerp verliest. Aangezien D. zijn vordering tot terugbetaling ogenschijn-lijk heeft laten aanslepen in de periode tussen het overlijden van zijn echtgenote tot de ingebrekestelling van 9 septem-ber 2016, past het (pas) vanaf dan verwijlinteresten aan de wettelijke interestvoet aan te rekenen (vanaf de datum van de dagvaarding, zijnde 30 november 2016, als gerechtelijke interesten) tot de datum van de algehele betaling. Het hoger beroep slaagt. ... Hof van Beroep te Gent 7e Kamer-13 januari 2020 Voorzitter: de h. Deschoolmeesteer Raadsheren: de hh. De la Ruelle en Bekaert Advocaten: mrs. Van Laere, Daems, D'Hulster, Herpe-linck, Braeckmans, Kips, Poelmans, Depuydt en Huyghe 1. Vennootschap-Faillissement-Bestuurdersaansprakelijkheid-Vorderingsgerechtigde-Faillissementscurator-Voorwaarden-Kennelijk grove fout-Begrip-Netto-actief van de vennootschap dat door geleden verlies tot minder dan de helft van het maatschappelijk kapitaal is gedaald-Bijeenroeping van de algemene vergadering-Netto-actief gedaald tot minder dan een vierde van het maatschappelijk kapitaal-Zelfde procedure-Niet volgen van de procedure-Gevolg-Vermoeden dat door derden geleden schade voortvloeit uit niet-bijeenroepen van de algemene vergadering-2. Gerechtskosten-Rechtsplegingsvergoeding-Faillissement-Ten laste van de curator 1. Indien bij het faillissement van een vennootschap de schulden de baten overtreff en, kunnen krachtens art. 530, 1° W.Venn. bestuurders, gewezen bestuurders en alle andere personen die t.a.v. de zaak of de vennootschap werkelijke be-stuursbevoegdheden hebben gehad, persoonlijk en al dan niet hoofdelijk aansprakelijk worden verklaard voor het geheel of een deel van de schulden van de vennootschap ten belope van het tekort, als vaststaat dat een door hen begane kennelijk grove fout heeft bijgedragen tot het faillissement. Deze vorde-ring kan door de faillissements curator worden ingesteld als aan de volgende voorwaarden is voldaan: er moet een fail-lissement zijn, de schulden moeten de baten overtreff en, er moet een kennelijk grove fout begaan zijn door (gewezen) bestuurders en personen met werkelijke bestuursbevoegd-heid, en de kennelijk grove fout moet hebben bijgedragen tot het faillissement. Er kan slechts een beroep worden gedaan op deze bijzondere aansprakelijkheid bij faillissement zodra het faillissement is uitgesproken, maar ten laatste tot het fail-lissement is afgesloten. In principe moet vaststaan dat het netto-actief van het faillissement defi citair is. Een kennelijk grove fout in de zin van art. 530, 1° W.Venn. is een fout die een normaal voorzichtig en rede-lijk bestuurder niet zou hebben begaan en waarvan de bestuurder wist of behoorde te weten dat ze schade zou veroorzaken. Daarbij wordt niet vereist dat de fout aan-wijsbare schade heeft veroorzaakt, maar enkel dat zij heeft bijgedragen tot het faillissement. Bij een pluraliteit van fouten is niet vereist dat elke fout op zichzelf beschouwd, zwaarwegend is maar is het ook mogelijk dat verschillende kleinere fouten wel aan dit vereiste voldoen. Art. 633 W.Venn. bepaalt dat wanneer ten gevolge van ge-leden verlies het netto-actief van de vennootschap gedaald is tot minder dan de helft van het maatschappelijk kapitaal, de algemene vergadering moet worden bijeengeroepen bin-nen een termijn van twee maanden om volgens de regels van de statutenwijziging te beraadslagen en te beslissen over de eventuele ontbinding van de vennootschap. Dezelfde procedure moet worden toegepast wanneer het netto-actief is gedaald tot minder dan een vierde van het maatschappelijk kapitaal, met dien verstande dat de ontbinding plaatsheeft wanneer zij wordt goedgekeurd door een vierde van de uitge-brachte stemmen. Het niet-volgen van deze procedures heeft tot gevolg dat de door derden geleden schade vermoed wordt voort te vloeien uit het ontbreken van de bijeenroeping. Het tijdstip waarop de toestand had moeten worden vastgesteld, is ten laatste dat van het neerleggen van de jaarrekening. Door art. 633 W.Venn. wordt een weerlegbaar vermoe-den in het leven geroepen dat de geleden schade voortvloeit uit het ontbreken van de bijeenroeping van de algemene vergadering. Het is dan ook aan de bestuurders om te be-Universiteit Hasselt / Universiteit Hasselt On Campus (193.190.2.241) Hof van Beroep,
Document URI: http://hdl.handle.net/1942/43515
ISSN: 1782-3463
Category: A1
Type: Journal Contribution
Appears in Collections:Research publications

Files in This Item:
File Description SizeFormat 
rw2020-2021_40p1578.pdf
  Restricted Access
Published version220.91 kBAdobe PDFView/Open    Request a copy
Show full item record

Google ScholarTM

Check


Items in DSpace are protected by copyright, with all rights reserved, unless otherwise indicated.