Please use this identifier to cite or link to this item: http://hdl.handle.net/1942/43550
Title: Reflecties over de verwerping van de nalatenschap
Authors: VAN DEN BERGH, Bart 
Issue Date: 2022
Source: Notarieel en fiscaal maandblad, 2 (2022) , p. 38 -59
Abstract: Rechtsleer Reflecties over de verwerping van de nalatenschap Bart VAN DEN BERGH Raadsheer en dienstdoend kamervoorzitter hof van beroep Antwerpen Wetenschappelijk medewerker U Hasselt INHOUD I. Verwerping: een erfkeuze 38 II. De verwerping heeft terugwerkende kracht 40 III. De verwerping is een formele rechtshandeling: een daad van verwerping bestaat niet 40 IV. De verwerping is een eenzijdige rechtshandeling 40 V. De ondeelbaarheid van de verwerping 41 VI. De onvoorwaardelijkheid van de verwerping 41 VII. De verwerping is een abdicatieve rechtshandeling 41 VIII. De verwerping is een machtigingsbehoevende rechtshandeling 42 IX. De verwerping is een aan publiciteit onderworpen rechtshandeling 42 X. De verwerping gebeurt discretionair 43 XI. Het gecompartimenteerd karakter van de verwerping 43 XII. Verwerping en het recht van inkeer van de verwerper 44 XIII. De verwerping is geen intuïtu-personae-rechtshandeling 44 XIV. De verwerping gebeurt per individuele nalatenschap waarin men gerechtigd is 45 XV. De onwerkzame verwerping 45 XVI. Verwerping moet niet "blind" gebeuren 46 XVII. Uitoefening van de saisine vs. (behoud van de mogelijkheid tot) verwerping 46 XVIII. Een juridische rollercoaster: wettelijke herkwalificatie van verwerping naar aanvaarding 48 XIX. Het waarom van de verwerping 48 XX. De verwerping: soms een "slag in het water" 49 XXI. Bedrog loont niet: de bedrieglijke verwerping 51 XXII. De verwerping van andere roepingen tot het nalaten-schapsvermogen 53 A. Het legaat 53 B. De contractuele erfstelling 54 XXIII. Niet alles is verloren ondanks de verwerping 55 A. De verwerping: wat zijn de leftovers, bekeken door een vermogensrechtelijke bril? 55 B. Verwerping en behoud van (familiale) verwant-schapsrechten 57 I. Verwerping: een erfkeuze 1. De verwerping van een nalatenschap kan worden gedefinieerd als de rechtshandeling waarbij een erf-gerechtigde afstand doet van zijn recht om erfgenaam te worden van de de cuius (hierna verder genoemd: DC) en aldus afstand doet van zijn erfdeel in de nala-tenschap. 1 2. Het overlijden van een persoon doet een erfrechte-lijke roeping ontstaan in hoofde van de erfgerechtig-den, die een keuzerecht verkrijgen. 2 De uitoefening van dit optierecht is de eenzijdige wilsuiting waarmee de erfgerechtigde, in beginsel op definitieve wijze, standpunt inneemt t.a.v. (de goede-ren en de schulden van) de nalatenschap waartoe hij wordt geroepen krachtens de wet (resp. het testament of de contractuele erfstelling). 3. De vrijheid van erfkeuze is van openbare orde. Nie-mand kan gedwongen worden de nalatenschap waar-toe hij krachtens de wet wordt geroepen te aanvaar-den, zo luidt artikel 775 oud BW. 3 Het openbare-orde-karakter van de vrije erfkeuze blijkt uit een aantal wetsbepalingen. Artikel 1100/1, § 1 oud BW bepaalt dat men geen erfkeuze kan maken omtrent een nalatenschap die nog niet is opengevallen, noch enige verbintenis kan aangaan of enige overeenkomst kan sluiten omtrent de attributen van de hoedanigheid van erfgenaam of legataris, tenzij in de gevallen bij de wet bepaald. Verder bepaalt ook artikel 843/1, § 4 oud BW-inzake de mogelijkheid tot denaturatie van de aard van een schenking (waarbij de modaliteit van een schenking op voorschot wordt gewijzigd naar een schenking vooruit en buiten deel en omgekeerd)-dat de schen-ker de aard van de schenking als zijnde voor inbreng vatbaar of als vooruitmaking ook bij testament kan wijzigen, waarbij de begiftigde slechts door deze wij-ziging gebonden is indien hij deze wijziging na het overlijden van de schenker aanvaardt, met dien ver-stande dat deze aanvaarding zonder invloed blijft op de uitoefening van het keuzerecht van de begiftigde in de nalatenschap van de schenker. 38-Not.Fisc.M. 2022/2 Notarieel en Fiscaal Maandblad-Wolters Kluwer 1. G. VANDENBERGHE, "De schuldeisers van de verwerpende erfge-naam", NFM 1996, (24) 25; B. CARDOEN, "De verwerping van nalatenschap: verschillende vormen van verwerping. Burgerrechtelijke en successierech-telijke gevolgen", TFR 2001, (403) 403. 2. Erfgerechtigde is hij die de erfkeuze nog niet heeft uitgeoefend. Erfge-naam is hij die de nalatenschap (zuiver of beneficiair) heeft aanvaard en zijn erfoptie dus reeds uitgeoefend heeft. 3. Deze regel moet evenwel worden genuanceerd voor sommige erfgerech-tigden, zoals minderjarigen, gefailleerden e.d. (zie infra randnr. 15 e.v.). Heeft men schulden dan kan een schuldeiser deze verwerping niet tegen-stelbaar laten verklaren ex artikel 788 oud BW, voor zover er sprake is van een bedrieglijke benadeling van zijn rechten.
Document URI: http://hdl.handle.net/1942/43550
ISSN: 2034-2373
Category: A1
Type: Journal Contribution
Appears in Collections:Research publications

Files in This Item:
File Description SizeFormat 
Notariaat. Notarieel en fiscaal maandblad 2022, afl. 2, 38-59.pdf
  Restricted Access
Published version236.74 kBAdobe PDFView/Open    Request a copy
Show full item record

Google ScholarTM

Check


Items in DSpace are protected by copyright, with all rights reserved, unless otherwise indicated.