Please use this identifier to cite or link to this item: http://hdl.handle.net/1942/27304
Title: A closer look at the antecedents of leadership succession planning in private family firms
Authors: UMANS, Ine 
Advisors: LYBAERT, Nadine
STEIJVERS, Tensie
VOORDECKERS, Wim
Issue Date: 2018
Abstract: Familiebedrijven hebben een aanzienlijk economisch aandeel in de maatschappij. Ongeveer drie kwart van de ondernemingen in België is in familiale handen en samen realiseren ze een derde van de totale toegevoegde waarde. Ook buiten onze landsgrenzen is de groep van familiebedrijven dominant aanwezig. Het is daarom niet verwonderlijk dat het fenomeen ‘familiebedrijven’ een voortdurend groeiende academische en praktische belangstelling geniet. Eén van de grootste uitdagingen in familiebedrijven betreft de overdracht van het familiebedrijf. Dit is een zeer complexe en uitdagende aangelegenheid omwille van de emotionele betrokkenheid van familieleden in het familiebedrijf. In dit onderzoek wordt overdracht gedefinieerd als de overdracht van het leiderschap in een familiebedrijf van een familiale generatie naar een volgende familiale generatie. Aangezien familiebedrijven dominant aanwezig zijn in de maatschappij, is het belangrijk dat de overdracht steeds tot een goed einde wordt gebracht. Cijfers geven echter aan dat meerdere familiebedrijven falen in aanloop naar of in navolging van een overdracht. Dit is problematisch gegeven de bijdrage van familiebedrijven aan de waardecreatie in de maatschappij. Uit voorgaand academisch onderzoek en diverse praktijkvoorbeelden is gebleken dat een goede voorbereiding van de overdracht een cruciale factor blijkt voor een succesvolle overdracht. Hoewel een goede voorbereiding zeer waardevol blijkt, stelt de meerderheid van de familiebedrijven deze voorbereiding te lang uit. Sommige familiebedrijven bereiden de overdracht zelfs helemaal niet voor wat voor problemen kan zorgen als de bedrijfsleider plots het bedrijf niet meer kan leiden door bijvoorbeeld ziekte. Het is dus zeer belangrijk dat de voorbereiding van de overdracht gestimuleerd wordt. Dit onderzoek zal daarom nagaan welke antecedenten de voorbereiding van de overdracht van leiderschap in familiebedrijven kunnen stimuleren of tegengaan. Op basis van deze algemene onderzoeksdoelstelling worden vier specifieke onderzoeksvragen geformuleerd die in dit doctoraatsonderzoek worden beantwoord. Om deze onderzoeksvragen empirisch te kunnen toetsen, zijn bedrijfsgegevens verzameld bij 590 private Vlaamse familiebedrijven door middel van twee vragenlijsten. Deze gegevens stellen ons in staat om de impact van de verschillende antecedenten op de voorbereiding van de overdracht van leiderschap in kaart te brengen. De voorbereiding van de overdracht wordt gedefinieerd als de mate waarin het familiebedrijf reeds bezig is met het selecteren en opleiden van de opvolger, het ontwikkelen van een visie en strategisch plan voor de toekomst, het definiëren van de toekomstige rol van de huidige bedrijfsleider, en het communiceren van de overdrachtsbeslissingen aan belangrijke stakeholders. De eerste onderzoeksvraag luidt: ‘Kunnen familiale governance mechanismen en de Raad van Bestuur de voorbereiding van de overdracht stimuleren en vormen de emoties van de familiale bedrijfsleider een obstakel in dit verhaal?’. Onder familiale governance mechanismen worden verstaan het familieforum, het familiecharter, en informele familiale vergaderingen. Deze mechanismen richten zich op het bestuur van de familie in functie van het bedrijf. De bestaande literatuur geeft aan dat enerzijds de familiale governance systemen en anderzijds de Raad van Bestuur een faciliterende rol kunnen opnemen in het overdrachtsproces. Uit dit doctoraatsonderzoek blijkt inderdaad dat zowel de familiale governance systemen als de Raad van Bestuur de voorbereidingen van de overdracht van leiderschap kunnen stimuleren. Meer nog blijkt dat discussies betreffende de overdracht gevoerd worden in de familiale governance systemen waarna de verzamelde informatie en de blik op de toekomst van de familie doorgegeven wordt aan de Raad van Bestuur. De Raad van Bestuur kan dan de nodige voorbereidingen treffen voor de overdracht of hiervoor de relevante personen aansporen. Het overdrachtsproces in een familiebedrijf is echter een zeer emotionele aangelegenheid. Daarom neemt de eerste onderzoeksvraag de mogelijkheid mee dat emoties een obstakel kunnen vormen voor de voorbereiding van de overdracht aangezien geweten is dat emoties beslissingen sterk kunnen beïnvloeden zowel in het dagelijks leven als in het bedrijfsleven. De bevindingen geven weer dat hoewel de Raad van Bestuur beslissingen kan implementeren betreffende de voorbereiding van de overdracht, de emoties van de familiale CEO deze implementatie kunnen verhinderen. In de aanloop naar een overdracht kan een familiale CEO het zeer moeilijk hebben met de idee dat hij of zij binnenkort het bedrijf zal moeten loslaten. Dit wekt negatieve emoties op zoals angst en droefheid. Aangezien een familiale CEO zich sterk identificeert met het familiebedrijf, zal hij of zij onder andere angstig zijn om op pensioen te gaan en zijn of haar status in de familie en de maatschappij te verliezen. Om die reden kan een familiale CEO de beslissingen die een Raad van Bestuur neemt met betrekking tot de voorbereiding van de overdracht vertragen of zelfs tegenwerken. De tweede onderzoeksvraag gaat dieper in op de onderlinge relaties in een familiebedrijf: ‘Bevorderen goede onderlinge relaties het effect dat de wens om het familiebedrijf over te dragen naar de volgende familiale generatie heeft op de voorbereiding van de overdracht?’. Een familiebedrijf heeft niet enkel een winstdoelstelling. Naast het behalen van winst wil een familiebedrijf ook voldoen aan haar niet-financiële noden. Deze niet-financiële noden staan bekend als de wens om de socio-emotionele waarde te behouden. De socio-emotionele waarde is het voor de familie affectiegerelateerde nut dat voortkomt uit de nietfinanciële aspecten van een onderneming. Het behoud hiervan vormt een van de hoofddoelen van familiebedrijven. Een dimensie van deze socio-emotionele noden betreft de intentie om het familiebedrijf steeds over te dragen aan de volgende familiale generatie. De niet-financiële doelstellingen dienen ook als primair referentiekader voor de beslissingen die gemaakt worden in familiebedrijven. Dit onderzoek bevestigt dat wanneer het familiebedrijf veel belang hecht aan het overdragen van het bedrijf naar een volgende familiale generatie, de voorbereiding van de overdracht bevorderd zal worden. De theoretische relatie tussen beide concepten hangt echter af van een belangrijk aspect in familiebedrijven: de onderlinge relaties tussen diverse partijen. Relaties vormen de bouwsteen van elke organisatie. In familiebedrijven zijn deze relaties meer complex omdat bedrijfs- en privéaangelegenheden vermengd zijn. Dit onderzoek toont aan dat wanneer de relatie tussen de overdrager en de opvolger en tussen eventuele niet-familiale managers en de opvolger van hoge kwaliteit zijn, de impact van de socio-emotionele noden op de voorbereiding van de overdracht groter is. Relaties van hoge kwaliteit kunnen namelijk helpen om voldoende betrokkenheid te genereren en te behouden in tijden van moeilijke momenten zoals een overdrachtsproces. Zoals blijkt uit dit onderzoek, is het ook steeds belangrijk om niet-familieleden te betrekken in het voorbereidingsproces van de overdracht. In de derde onderzoeksvraag wordt verder ingegaan op de invloed van de emoties van de familiale CEO op de voorbereiding van de overdracht. Meer bepaald wordt volgende vraag gesteld: ‘Is de invloed van het ervaren van de moeilijkheid om het familiebedrijf los te laten afhankelijk van het geslacht van de familiale bedrijfsleider?’. Zoals eerder gesteld, kan de emotie die de familiale bedrijfsleider ervaart wanneer een overdracht nadert zijnde de angst en droefheid gerelateerd aan de moeilijkheid om het familiebedrijf los te laten een invloed uitoefenen op beslissingen die gemaakt worden met betrekking tot het overdrachtsproces. Naast een invloed op de beslissingen die de Raad van Bestuur maakt betreffende de voorbereiding van de overdracht, kunnen deze negatieve gevoelens die voorbereiding ook direct beïnvloeden. Deze directe, negatieve invloed is echter verschillend voor mannelijke en vrouwelijke bedrijfsleiders. Mannen en vrouwen verschillen in hun denkproces en gedrag. Van vrouwen wordt aangenomen dat zij meer belang hechten aan relaties en dit ook uiten in hun leiderschapsstijl. Zij zullen sneller inzichten delen, iemand vertrouwen, en samenwerken wat zich zal vertalen in relaties gebaseerd op eerlijkheid en harmonie. Tijdens het overdrachtsproces zal dit ook tot uiting komen. Zo zullen vrouwen sneller geneigd zijn de opvolger te ondersteunen, overdrachtsbeslissingen te communiceren aan relevante partijen, en samen te werken met de opvolger om de overdracht tot een goed einde te brengen. Bijkomend zijn vrouwen gekend om vaker negatieve emoties te onderdrukken. Deze bevindingen worden bevestigd in dit doctoraatsonderzoek. Er wordt namelijk geconstateerd dat de negatieve invloed van de emoties gerelateerd aan de moeilijkheid om zich los te koppelen van het familiebedrijf op de voorbereiding van de overdracht minder sterk tot uiting komen in familiebedrijven waar een vrouwelijke bedrijfsleider aan het hoofd staat. Tot slot stelt dit doctoraat de vraag of de prestaties van een familiebedrijf een antecedent kunnen vormen van de voorbereiding van de overdracht. Voorgaand onderzoek stelt namelijk dat slecht presterende bedrijven sneller overgaan tot een verandering van bedrijfsleider. In familiebedrijven is deze problematiek echter complexer aangezien zij niet enkel winst nastreven maar ook het behoud van hun socio-emotionele waarden en normen. De laatste onderzoeksvraag luidt daarom: ‘Zullen slecht presterende bedrijven de overdracht van leiderschap beter voorbereiden en hoe interageren de financiële en niet-financiële doelstellingen in deze context?’. Bedrijven zetten bepaalde doelstellingen voorop betreffende hun prestaties. Wanneer zij onder dit niveau presteren, zal dit een signaal geven dat ze het beter moeten doen en kunnen de nodige veranderingen worden uitgevoerd. Wanneer een overdrachtsproces nadert, kunnen slechte prestaties de verandering in leiderschap versnellen. Een nieuwe bedrijfsleider kan namelijk voor een frisse wind zorgen waardoor de prestaties terug zullen verbeteren. Daarom zal het bedrijf ook sneller de nodige voorbereidingen treffen zodat de overdracht succesvol verloopt en de toekomst betere winstvooruitzichten biedt. Bijkomend geeft deze voorbereiding een positief signaal aan de buitenwereld aangezien het bedrijf zo duidelijk maakt dat zij zelf vertrouwen heeft in haar capaciteiten om het weer beter te doen. Deze relatie is echter niet zo eenvoudig in de context van familiebedrijven. Familiebedrijven streven namelijk twee soorten doelstellingen na: financiële en niet-financiële of socio-emotionele doelstellingen. Eerder onderzoek argumenteert dat beide doelstellingen niet samen geoptimaliseerd kunnen worden. In andere woorden wordt gesteld dat winst op één vlak gelinkt is aan verlies op het andere vlak. Dit is echter niet altijd het geval. Het simultaan nastreven van beide doelstellingen kan er namelijk voor zorgen dat het familiebedrijf goede strategische veranderingen beoogt. Dit doctoraat bevestigt dat de interactie tussen de financiële prestaties en de socio-emotionele noden de voorbereiding van de overdracht kunnen bevorderen. Een win-win situatie waarin beide doelstellingen samen nagestreefd worden en tot goede veranderingen leiden wanneer het familiebedrijf slecht presteert is dus zeker mogelijk. Dit doctoraatsonderzoek zet een nieuwe stap in de richting van een verdere uitdieping en verduidelijking van de antecedenten die een invloed kunnen hebben op de voorbereiding van de overdracht van leiderschap in de unieke context van familiebedrijven. De verworven inzichten vullen enkele vaak genoemde hiaten op in de huidige academische literatuur rond de overdracht van leiderschap in familiebedrijven. Op die manier draagt dit doctoraatsonderzoek bij tot bestaand wetenschappelijk onderzoek rond dit thema en creëert het nieuwe onderzoekspisten voor toekomstig onderzoek. Daarnaast levert het enkele praktijkgerichte inzichten op die waardevol kunnen zijn voor adviseurs van familiebedrijven.
Document URI: http://hdl.handle.net/1942/27304
Category: T1
Type: Theses and Dissertations
Appears in Collections:PhD theses
Research publications

Show full item record

Page view(s)

168
checked on Sep 7, 2022

Download(s)

158
checked on Sep 7, 2022

Google ScholarTM

Check


Items in DSpace are protected by copyright, with all rights reserved, unless otherwise indicated.